En zo togen we afgelopen zondag met een groep van dertien man en vrouw naar de accomodatie van PSV de Klenckeruiters voor hun georganiseerde snertrit. Een kleine operatie, want hoe vervoer je 9 paarden, een menwagen en 13 mensen in één keer zodat we ook nog eens ongeveer gelijk aan zouden komen. Dat gelijk aankomen ging even mis, maar uiteindelijk was iedereen er.
Nadat we (een deel van de groep die wel op tijd waren 😉) ons hadden aangemeld, kregen we te horen dat de route was uitgezet met rood witte lintjes die aan de rechterzijde waren geplaatst. Eitje… zou je denken…
Onze starttijd was half elf, dit werdt uiteindelijk kwart voor elf, het blijkt toch echt een hele operatie om iedereen op tijd gezadeld en wel te krijgen. Maar toen konden we dan toch vertrekken, om na 100 meter te bedenken dat er nog een box met muziek mee moet op de menkar. Dus één van de ruiters keerde weer om om de box te halen, terwijl de rest van de groep de straat over werd geholpen door een verkeersregelaar.
Even later werden we ingehaald door de ruiter met box en kon de hele omgeving meegenieten van ons lawaai.
Het had aardig gevroren, waardoor de wegen en bermen hard en glad waren. De drie Friezen die mee waren hadden ijzers onder en hadden aardig moeite mee te komen met de groep. Daarom afgesproken dat wij door zouden rijden en ze op de pauze plek weer zouden treffen.
We komen bij Gees in de buurt, en in de verte zie ik de boerderij waar mijn vader is geboren en die nu wordt gerund door mijn neefje (tip, in het zomerseizoen verkopen ze er heerlijk ijs).
Via zandpaden rijden we om Gees heen en komen we uiteindelijk uit bij boswachterij Gees.
De paarden hebben er zin in en er een flink tempo op. We besluiten een klein galopje te doen, tot grote vreugde van de paarden. Samantha en ik sluiten de rij, achter de menkar van Gert aan. Wanneer Gigant, het paard van Gert een plas treft op zijn pad staat hij stil, waardoor Samantha bijna op de kar zit en ik bijna op het paard van Samantha. Gelukkig ging het goed en hebben we er flink lol om gehad.
Op een gegeven moment zijn we de linten kwijt. Waar we ook kijken, helaas niet te vinden. Deze blijken later weg te zijn gehaald door een grapjas. Van wandelaars begrijpen we dat een stuk verderop wel weer linten hangen, dus we besluiten daar heen te rijden. Heel in de verte zien we een lint hangen aan de linkerkant. Ehmmmm, jongens, volgens mij moeten we draaien, want de linten zouden rechts hangen. Na nog even door te hebben gereden had ik iedereen dan zo ver dat we toch maar gingen draaien. We hadden allemaal zin in koffie en thee, het pad leek gigantisch, dus nog een galopje… dat eindigde voor mij in zeven kleuren… de drie snelste paarden gingen voorop, en hard… Tara dacht ze wel even bij te houden… steeds sneller en sneller ging ze. Oke, dit vind ik heel erg spannend… nog sneller ging ze. Dit was rengalop, dit was gaan om te gaan… Tara had een blinde vlek, ze moest en zou de rest bijhouden. Ik zie bomen langs mij heen vliegen, ik ontwijk takken en ik probeer Tara op mijn stem terug te rijden, zitten was geen optie meer. Ik voel mijn zadel opeens van links naar rechts gaan… Oh nee, weer eens vergeten aan te singelen. Ook dat nog. Kalm blijven… gelukkig beseft Tara op dat moment dat ze ze niet bijhoudt, gelukkig besef ik mij op dat moment dat ik haar beter in een slalom kan drukken, en gelukkig reageert ze hier op. We komen tot stilstand… trillend en bevend… oke Taar, dit nooit weer… al moet ik stiekem toegeven dat het wel heel erg kicken was hoe hard ze ging. Even later halen Gert en Samantha ons bij, ik besluit terplekke weer achter de menkar van Gert te rijden als buffer. Enige tijd later zien we de racemonsters weer en stappen we het laatste stuk naar de pauze plek waar we verwelkomd worden met koffie en thee.
We staan er nog niet zo lang of de achtergebleven Friezen voegen zich weer bij ons. Ook zij misten lintjes en zijn op de navigatie rechtstreeks naar de pauze plek gereden. Even de benen strekken, de paarden laten eten en dan het laatste stuk van de route rijden.
Het laatste stuk doen we rustiger aan. Uit volle borst zingen we mee met de muziek, de paarden krijgen ook eindelijk de rust over zich heen. Dit is meer mijn ding. Vrij snel verlaten we het bos weer en rijden we via de zandpaden terug naar de manege. Wanneer we de paarden hebben afgezadeld en ze verwend hebben met een bak slobber en wortels die Samantha had meegenomen , staat er voor ons een kommetje snert klaar met roggebrood in de warme kantine. Nog even na kletsen en toen was het tijd om huiswaarts te keren.
De volgende dag heb ik spierpijn! En hoe! Zal ongetwijfeld door de razende galop komen en mijn pogingen mijn evenwicht te bewaren.